de gnoom

10-06-1999

hoofdpagina

  campagne
    
basisopzet
    
balans
    
wereld
      demon
      
elfin
      gnoom
      
mens
    
beroepen
    
omgeving
    karakters
    
verslagen

  Joost

Eigenschappen

Creatief, ondernemend, vooruitstrevend, verdediger van de individuele vrijheid.

Gebied

Zijn kwadrant is onderverdeeld in vier kwarten die elk een grote zelfstandigheid genieten:

  • Zee: Grote welvarende stadsstaten die zich voornamelijk met de handel bezig houden gelegen aan de grote rivieren domineren dit gebied. De welvaart is hoog en de techniek heeft een grote vlucht genomen. Aan de oost en zuidgrens wonen volgens de inwoners "barbaren". Dit zijn verscheidene volken met banden met het aanliggende kwadrant die door de rijkdom van dit gebied aangetrokken werden en worden. Hierdoor is er een continue toestroom van goedkope arbeidskrachten met andere zeden en gewoonten. Vooral begrippen als "mijn en dijn" willen regelmatig afwijken.
  • Woud: Een grote verscheidenheid aan verhoudingsgewijs kleine gemeenschappen geven dit gebied een bonte schakering aan gewoonten. De oude tradities worden in ere gehouden en men leeft in harmonie met de natuur.
  • Woestijn: De grote dorre vlakten worden bewoond door rondtrekkende nomaden. Ondanks de grote afstanden die ervoor afgelegd moeten worden zijn de kontakten onderling intensief. Deze omgeving inspireert tot ontwikkeling van geestelijke en fysieke vaardigheden.
  • Bergen: Verspreid over de verschillende valleien hebben zich hier een scala volkeren gevestigd. Georganiseerd in verscheidene koninkrijken is de politiek een dynamisch geheel. Godsdienst speelt hier bij veel mensen een grote rol.

Een paar van de inwonende volken:

  • Boself: Volgens een priester van Diador: "Een frivool en onbetrouwbaar volkje dat eerzame lieden hun betoverde woud inlokt waar ze onbeschrijfelijke gruwelen moeten ondergaan. Gelukkig gedijt deze plaagzieke verwant van de luchtgeesten niet goed nabij de menselijke beschaving en voelen ze zich op hun best/slechts midden in de natuur, waar ze door hun sterke band daarmee in geval van gevaar gewaarschuwd worden door de dieren uit het bos. Het bovennatuurlijke beangstigt ze niet, het trekt ze zelfs. Er gaan zelfs geruchten van demonen aanbidding. Er zijn in ieder geval gedocumenteerde incidenten van personen die pas generaties later terug gevonden worden, net zo oud als ze op moment van verdwijning waren. Ook wisselkinderen komen voor in afgelegen gehuchten, waar dan ook af en toe een klopjacht georganiseerd wordt. Gevangen exemplaren kwijnen echter snel weg in hun kooi, wat dwangarbeid een ongeschikte straf maakt. Hoewel hun gedrag enigszins lijkt op dat op dat van normale personen als mensen en dwergen zijn het zielloze elementalen die geen praktisch nut dienen."
    Ze zijn slank gebouwd, net iets kleiner dan de gemiddelde mens en vechten het liefst met afstandswapens vanuit een hinderlaag. Slavernij en gevangenschap staat ze tegen en menig slavenkaravaan is in hun bossen verdampt. Af en toe gaat een enkele boself de wijde wereld in, nieuwsgierig naar de vele wonderen die daar te vinden zijn. Ze zijn daar praktisch niet te onderscheiden van mensen, verwantschap met luchtgeesten is dan ook zeer onwaarschijnlijk. Zo’n elf is schichtig en nieuwsgierig tegelijk. Boer Krelis heeft ze weleens omschreven als: "Krek een pink".
  • Dwerg: Teruggedrongen in diepe burchten of noodgedwongen versplinterd werkzaam als handwerkslieden in de buitenwijken van de grotere steden zijn de dwergen niet meer de georganiseerde beschaving die ze ooit waren. Avonturierende dwergen reizen vaak van de ene geïsoleerde groep naar de ander en brengen zo het nieuws rond. In eerste instantie komt een dwerg knorrig en terughoudend over, maar op de lange termijn zijn er geen trouwere vrienden (of vijanden) denkbaar. Ze zijn recht door zee en houden zich altijd aan hun woord. Kort van stuk kunnen ze niet goed overweg met lange zwaarden en bogen. Ze geven de voorkeur aan zwaar harnas en slagwapens, waar hun bouw goed bij past. Ze zijn taai, weten hun weg te vinden, ook in het donker. Door hun strijd met de andere heuvel en bergbewoners hebben ze een hekel aan rassen als orken, goblins en ander gespuis.
  • Gnomen: Deze slimme handelaars hebben zich goed aan de menselijke samenleving aangepast. Ze zijn vlijtig en vormen vaak de ruggengraat van de financiële structuren in de grote steden. Doordat ze aan de lange termijn denken halen ze hun klanten normaal gesproken het vel niet over de neus. Desondanks roept hun rijkdom af en toe afgunst op, vooral bij hun minder succesvolle concurrenten. Ze zijn verwant aan de dwergen, maar dat is eigenlijk alleen nog in hun lengte terug te vinden. Ze haten dieven en zijn vrekkig. Hun humor is zeer bijtend, en door hun afkeer van direct geweld bestaan onderlinge ruzies uit het uitwisselen van beledigingen. De verliezer moet trakteren.
  • Halfork: Deze mengeling tussen mens en ork is zelden moeders mooiste. Ondanks de gruwelijke verhalen over het gedrag van orken komt dit in de praktijk eigenlijk niet voor. Alleen indien een groep orken op een of andere wijze een groot deel van de wijfjes is kwijt geraakt willen ze zich aan die van andere rassen vergrijpen. Aangezien andere rassen orken normaal gesproken onaantrekkelijk vinden zijn halforken erg zeldzaam.
  • Halfelf: Elven en mensen mengen onderling een stuk beter dan met orken. Meestal heeft dit echter geen gevolgen. Door het grotere aantal pogingen zijn er toch een redelijk aantal halfelven in omloop.

wereld omhoog