We zijn onderweg naar het kasteel met het meisje, ork en patrouille orken met ossenwagen, dus het gaat langzaam, maar geeft ons ook de gelegenheid wat bij te doezelen. We hebben namelijk een aardig slaaptekort. We vertrouwen de orken voor zover we ze zien, dus we houden ’s nachts de wacht.
We trekken verder naar het noorden. ’s Avonds wordt een kamp opgeslagen. We worden beschouwd als gasten waar je goed op moet letten. (“Zij mogen gewapend rondlopen, dus doen wij dat ook.”). Het meisje is stilletjes. Ze speelt af en toe met Woefie. We houden weer wacht.
We trekken weer verder. Het hoofd van de patrouille vraagt ons of we met een deel van de patrouille vooruit willen trekken, zodat de kasteelvrouwe minder lang hoeft te wachten.
Met meisje en deel van de orken reizen we vooruit. We zetten er stevig de pas in. We passeren een klein riviertje. Aan de rechterhand zien we het begin van een valleitje met een dorpje erin. Die hebben we al vaker gezien. Nu is het nog een halve dagreis. We slaan weer een kamp op en houden de wacht. Morgenochtend zullen we vroeg vertrekken.
Bij de laatste wacht wordt er alarm geslagen door een van de orken. Iedereen wordt wakker gemaakt en we stellen ons op in een verdedigende positie. Het zijn ondoden, ‘de andere Corona’s’ die aan komen rennen. Ze komen van de kant van het kasteel van de Corona’s, van dezelfde kant waar wij vandaan kwamen.
Wij: Damian, Maria, Bram, Leonieck, 1 leider ork, 4 potige, ondergeschikte orken, ‘onze ork’, het meisje, de dwerg en Woefie.
Zij: 1 menselijk uitziende aanvoerder, 1 te grote trol zonder halsband, 4 skeletten, 2 zombies die de trol begeleiden (lees: prikken met speren.).
Vechtgebied:
Er loopt een weg. Aan beide kanten is vrijgekapt gebied. Ons kamp is opgeslagen een stukje noordelijk, aan de rechterkant van de weg. Aan de zuidkant brandt een kampvuur. Een stukje terug aan deze kant van de weg ligt een vijvertje. De vijand komt over de weg vanuit het zuiden snel onze kant op.
Wij spelen zelf de orken die aan onze kant staan. (dus niet de DM).
Martijn speelt 2 hak-ukkies (2 van de 4 potige orken).
Niels speelt 2 steek-ukkies (de overige 2 potigen).
Marieke speelt ‘onze ork’.
Danny speelt de ork leider.
Joost speelt wel de dwerg, het hondje en het meisje (die Emily schijnt te heten), en natuurlijk onze tegenpartij.
De orken menen dat het een gevecht wordt van erop of eronder. De tegenstanders zullen niet uigeput zijn, want het zijn. Ze zijn er waarschijnlijk op uit Emily gevangen te nemen.
We hebben nog tijd om onze taktiek te bepalen.
Martijn: “we gooien het meisje naar de ondoden toe” <evil grin>
We besluiten uiteindelijk toch maar te gaan vechten. We zullen een omtrekkende beweging om het vijvertje heen om de ondoden in de rug aan te vallen. Ondertussen zullen de orken hen gewoon van voren aanvallen. ‘Onze ork’ beschermt Emily.
Het gevecht begint. Damian opent de aanval met een pijl in de knie van skelet 2. De trol wordt geprikt en rent er meteen vandoor. De zombie begeleiders sprinten erachter aan. Skelet 2 wordt nog vaak goed geraakt, maar het duurt toch nog een hele tijd totdat voordat hij echt neergaat. Nadat we de skeletten een paar goede dreunen geven, komt de trol jammergenoeg toch in actie en loopt op de groep orken af. Op dit moment gooit de Corona leider een vuurbal. Maria duikt weg in de vijver, maar loopt toch nog wat schade op. Woefie springt weg. Geen schade, maar hij vondt het niet leuk. De dwerg loopt ook schade op. De dwerg snokt skelet 3 neer. ‘Onze ork’ slaat het wapen (boomstam met rots eraan) uit de handen van de trol. De Corona dropt weer een vuurbal, in de open plek waar skelet 4 eerst stond, wat precies het midden is waar wij nu allemaal staan. Leonieck komt snel genoeg weg, maar de dwerg krijgt weer schade. De trol heeft een van de hakorken vast. De Corona leider probeert Woefie een trap te geven en vindt plotseling een Woefie vastgebeten aan zijn been. Hij hakt op Woefie in en Woefie bloedt. De orkleider snokt de trol en de trol laat de ork vallen. ‘Onze ork’ slaat de trol neer. Het volgende doelwit is de leider van de vijand. Bram doet een paar stappen naar achteren en doet een charge. De leider valt. Vervolgens heeft Woefie er genoeg van en bijt het been af van de Corona, als wraak voor de pijn die hij Woefie heeft aangedaan.
Wij winnen. Er zijn geen gewonden aan onze kant. Aan de kant van de vijand leeft alleen hun leider nog. De orken vonden het een goed gevecht, maar ze hadden niet verwacht dat mensen zo bloeddorstig waren.
Maria probeert de leider van de Corona’s te genezen, maar het is tevergeefs. Hij bloedt dood. Dan plakt Maria Woefie maar.
De buit:
De skeletten waren fatsoenlijk uitgerust, maar hadden niets speciaals. Hun gevechtspakken stinken en hebben Corona kleuren.
De trol had alleen zijn wapen: een boomstam met een steen eraan.
De zombies hadden gevechtspakken en prikstokken.
De tovenaar (de leider) had een mooie mantel, een stevig leren pak, runen, 2 flesjes aan zijn gordel, een mat standaard kortzwaard, een geldbuidel met 30 daalders, een tatoeage op z’n arm en een ring met een grote nepedelsteen.
De orken plunderen de skeletten. Wij mogen de tovenaar hebben. Na wat gedoe komen we er toch achter dat De ring niet alleen een ring is met een nepedelsteen, maar dat hij ook nog open kan en dat er een of ander poeder in zit. Leonieck mag het hebben, samen met de mantel. Bram nam het zwaard. Het leren pak mag de tovenaar aanhouden, aangezien het is uitgevoerd in de Corona kleuren.
We lopen verder en komen eindelijk bij het kasteel aan. Het kasteel ziet er goed uit. Ze zijn bezig het te versterken. De brug is inmiddels gerepareerd. De banieren van de Corona’s en de orken fladderen in de wind. We gaan de binnenplaats op. Een dame snelt de trap af en omhelst Emily. Ze zijn even weg in hun eigen wereldje. De huismeester, een oudere heer die wat op Lurch lijkt, leidt ons naar een ontvangstruimte.
De orken gaan naar de barakken en brengen verslag uit. ‘Onze ork’ loopt met de dame en Emily mee. Hij was schijnbaar een van Emily’s lijfwachten.
Nieuwe regels die we tijdens deze sessie hebben getest:
Conditieputen zijn duurder. Je hebt maar de helft van je normale conditie. Afronden op de normale manier.
We maken gebruik van ZOCs (Zone Of Control). Voor elke persoon die kan meehelpen je doelwit aan te vallen krijg je een +2 op je aanval. Voor elke persoon die je doelwit kan helpen verdedigen krijg je een –2 op je aanval.
Evaluatie:
+2 (en -2) is een te hoge bonus. Volgende keer +1 (en -1)